Italiaanse Toestanden - Emigratieverhalen


maandag 25 maart 2013

Il compromesso



Nicola zat er op zijn paasbest bij, keurig in pak en das, haartjes geknipt en gekamd, achter zijn bureau in het makelaarskantoor. Hij was zenuwachtig, meer dan wij, die toch echt een huis van een paar ton gingen aanschaffen. Hij niet. Misschien was hij bang dat we alsnog verder zouden willen onderhandelen over de provisie? De verkopende partij, bestaand uit mijnheer en mevrouw Colombo, met dochter en een gemachtigde voor hun ex-schoonzoon, zat links van het bureau, wij tweeën, de toekomstige eigenaren zaten aan de andere kant. De hond van Colombo en onze Saar hadden alvast ruzie en hadden we ver uit elkaar gezet. Dat beloofde niet veel goeds. 

Maar eigenlijk kon er niks meer misgaan. De familie Colombo was akkoord gegaan met ons formele bod in de Proposta d’Acquisto, en daar mee kon nu de compromesso, de koopbelofte worden ondertekend. Weer één van de vele stappen in het koopproces zoals dat in Italië moet worden afgelegd. Bij de compresso hoort een cheque met een voorschot op de caparra (waarom doen al deze termen aan Siciliaanse mafia termen denken?), wat zelf weer een aanbetaling van 10% op de koopsom is. Hoeveel moesten we voorschieten? Signore Non-ci-sono-problemi gaf ons geen uitsluitsel toen we het hem eerder telefonisch vroegen en we hadden dus maar 2000€ ingevuld. Toen we bij het kantoor aankwamen en hem de cheque lieten zien was hij toch niet blij: “Impari” riep hij steeds, “Impari”. Als gediplomeerd boekhouder, geregistreerd bij de Italiaanse KvK, had hij vervolgens nog heel wat moeite om de juiste bedragen te berekenen (restant caparra, restant koopsom), die in de compromesso moesten worden opgenomen. 

Nu zaten we allemaal klaar om te tekenen, van je één twee huppekee. Het bleek te klikken tussen ons en de verkopers, wat misschien het gevolg was van de aanwezigheid van een gemeenschappelijke vijand, in de persoon van de voor ons allebei werkende Nicola. Die stond erop de hele akte woord voor woord door te nemen, hoewel beide partijen dat niet nodig vonden. Zelfkennis konden we onze makelaar echter niet ontzeggen, want hij was er in geslaagd om in de paar gegevens die hij had moeten invullen nog een paar fouten te maken. De verkopers heetten opeens Colombio, waarover de heer Colombo uitgebreid begon te mopperen: Colombio, Colombio, wie is dat? Ook het Italiaanse burgerservicenummer, de codice fiscale was fout, terwijl die toch direct uit de gegevens van de persoon kan worden afgeleid. Gelukkig was er administratieve ondersteuning die meteen een gecorrigeerde compromesso kon verzorgen.

Terwijl we wachtten op het verbeterde huiswerk, zag ik de tas van Nicola staan. Het leek wel een dokterstas, waarin een stethoscoop, een hamertje en dergelijk verstopt zaten. Ik maakte er een opmerking over en Nicola legde uit dat dat zijn draagbare kantoor was. Hij had voor de zekerheid altijd alles bij zich. Nou dan zit mevrouw Olita er zeker ook in, opperde ik olijk. Een verwoestende blik van Nicola was mijn loon. Mevrouw Colombo schaterlachte en stelde voor om na afloop maar iets te gaan drinken op kosten van degene die deze bijeenkomst georganiseerd had. Nicola ging er niet op in.

We konden tekenen en twaalf handtekeningen van elk van de aanwezigen verder was de voorlopige koopakte een feit. Wie er nu nog vanaf zag, was een boete van 10% van de koopsom aan de andere partij verschuldigd. Dat ging natuurlijk niet gebeuren. Na de plechtigheid werden we even naar buiten geloodst, om de verkopers in discretie hun provisie aan Nicola te laten overhandigen, 3%. Wij kwamen daarna met onze 2% aan de beurt, in de vorm van een dik stapeltje 50€ biljetten. Toch weer dat mafia gevoel.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten