Italiaanse Toestanden - Emigratieverhalen


maandag 1 april 2013

Servizi pubblici



Nu we de trotse eigenaren van het huis op de heuvel waren (een naam moesten we nog verzinnen), gingen we er regelmatig naartoe, om te zien wat we eventueel al zouden kunnen doen aan opruim-, schoonmaak- en repareerwerk. Het was meteen een leuk uitje, want het appartement in de Via Moruzzi bleek in verschillende opzichten toch minder aangenaam voor een lang verblijf binnenshuis. Zo was het appartement bij nader inzien nogal donker, zelfs als het buiten stralend weer was, want de enige ramen zaten aan de noordkant en lagen dan nog deels in de schaduw van de balkons van de bovenburen. Ons eigen balkon was weliswaar ruim (langgerekt) maar lag ook op het noorden en alleen aan het uiterste puntje was in het vroege voorjaar mogelijk om wat zon te vangen. Binnenblijven zou bij mooi weer zonde zijn en dus gingen we juist op die dagen op pad.

Het in bezit krijgen van de sleutels van ons huis, bleek ook nog niet zo eenvoudig als we dachten. Doordat makelaar Nicola dus niet bij de notaris aanwezig was (afwezig zonder bericht van verhindering zullen we maar zeggen), hadden we de sleutels van het huis nog niet. Die had de familie Colombo namelijk bij Nicola ondergebracht, zodat hij te allen tijde zijn geweldige makelaarswerk zou kunnen verrichten. Om de sleutels te bemachtigen moesten we dus toch nog weer bij de fannulone langs. Zelf peinsde ik er niet over om nog enige vorm van contact met deze man te hebben, dus was Nico de klos.Uiteraard begon Nicola meteen over onze boosheid, hij begreep niet wat hij verkeerd gedaan had. De verkopende partij, Colombo, was juist zo tevreden over hem, zei hij. Wij wisten, uit betrouwbare bron, de familie Colombo zelf, beter. Nicola moest nog een hele tijd rommelen in allerlei laden en kastjes voor hij eindelijk de sleutels tevoorschijn wist te halen. Nu maar hopen dat het de goede zijn.

Zodra we eenmaal de Ponte della Becca gepasseerd waren, leek het wel of het landschap al ruimer en lichter werd. Aan de horizon zag je de contouren van de eerste heuvels al en links en rechts verschenen al wat wijngaarden. Op de radio klonk ’s ochtends steeds Back to Black van Amy Winehouse, een toepasselijke achternaam, en die muziek leerden we op die manier associëren met ons dagje uit in de Oltrepò. Alles was nog nieuw voor ons en we keken onze ogen uit. Af en toe zagen we aan het eind van een lange oprijlaan prachtige palazzi liggen, waarschijnlijk de huizen van eigenaren die hier al eeuwen de omringende wijngaarden beheren. De toren van het kasteel van Cigognola keek ons met haar zwaluwstaart-kantelen vanaf de heuvel vriendelijk aan. We reden door het dal van de Scuropasso, een torrente, dat wil zeggen een riviertje dat vooral in de lente en na hevige regenbuien een behoorlijk waterniveau kreeg, maar verder bijna droog lag.  

We kenden inmiddels twee wegen die al heuvel op slingerend naar ons huis leidden, en we namen de ene keer de ene, de andere keer de andere route. Vandaag gingen we kijken wat we konden doen om alle nutsvoorzieningen aan de praat te krijgen: gas, water, licht en telefoon. Vlak voor de officiële overdracht bij de notaris waren we met  de vorige eigenaar van ons huis, signore Colombo, de eindcontrole wezen doen. Stond alles er nog en was alles nog in dezelfde staat als toen we de compromesso tekenden? Heeft Colombo zich gedragen als een buon padre di famiglia, een goede vader van zijn familie, zoals het zo mooi heet in koopcontractuele termen? Ja dat had hij. Tot nu hadden we hem nog niet veel horen spreken, maar nu bleek hij een vriendelijke oude baas, die bereid was ons alles in alle rust uit te leggen. Geen spoor van haast of ongeduld. 

In de rustico, het gebouwtje van twee verdiepingen achter het huis, was alles aanwezig: gas, licht en elektra en voor het aansluiten van de elektriciteit  zou een telefoontje naar de energieleverancier ENEL volstaan. In de grote kelder onder het huis, de cantina wemelde het van de wateraansluitingen, want het was oorspronkelijk de bedoeling dat hier een wasserette komen zou.  Er waren twee thermostaatkranen om de temperatuur van de centrale verwarming op beide verdiepingen inderdaad centraal en apart te regelen. Ons saunasyndroom dat we aan de Via Moruzzi hadden overgehouden, zou ons hier bespaard blijven! De kelder en de rustico bleken verder beide uitdragerijen van meubels, bouwmateriaal en wat allemaal niet: een los toiletblok (il water) en een bidet, een marmeren wastafel, een compleet bed, kastjes, kastjes, kastjes, een grote stapel dakpannen, genoeg voor een heel nieuw dak, kortom een onoverzichtelijke bende. Of we hier blij mee moesten zijn, konden we nog niet echt beoordelen. 

In een put onder de oprit zat een pomp, zei Colombo, waarmee het afvalwater van de keuken op de eerste verdieping naar de hoger gelegen afvoerleiding aan de andere kant van het huis werd gepompt. En die afvoerleiding was weer aangesloten op het riool, dat onder de straat voor het huis liep. Alle badkamers waren aangesloten op een septische tank, die ook op het riool aangesloten was. Niente problemi! Verder waren de elektriciteitsleidingen helemaal opnieuw aangebracht en was alles helemaal volgens de regels: tutto a norma.

We arriveerde bij onze grote grijze kolos en parkeerden op de betonnen oprit. Telkens als we de grote inbraakveilige deur van het huis openden merkten we hoe koud het binnen nog was en hoe muf het rook. Stiekem speelden we met het idee om al eens een keertje in ons nieuwe bezit te gaan overnachten, maar het zal toch nog even duren voor we het huis kunnen gaan bewonen en we ons hier thuis kunnen voelen. Er hing een onaangename rioollucht, doordat alle wc’s en wasbakken droogstaan. We moesten de waterleiding aangesloten zien te krijgen. Aan de slag!

Een vriendelijke ambtenaar van het gemeentehuis van Montecalvo gaf ons de nummers van het waterleidingbedrijf en ook meteen van een gas- en elektriciteitsbedrijf. Al is de energiemarkt in Italië net als in Nederland geliberaliseerd, het voormalige staatsbedrijf ENEL is nog steeds de grootste en daar was Colombo ook klant. Even diep ademhalen voor een klus: het bellen van de diverse call centers. Niet alleen de taal zal een barrière zijn, vreesde ik al bij voorbaat, ook het gebrek aan  klantvriendelijkheid kon een probleem gaan vormen. Het wordt in ieder geval een stoomcursus Italiaans, waarbij de stoom vooral uit mijn oren zal komen. 

Ik had een aantal standaardzinnen voorbereid en wist de dames van het belcentrum te vertellen waar het om gaat. Dat dacht ik althans. Ze luisterden, gingen dan heel snel praten en verbonden me door met een andere dame, die weer hetzelfde deed: eerst ademloos luisteren en dan ratelen. Opeens dacht ik de vraag te verstaan wat de postcode van Montecalvo is. “Momentje,” riep ik en snel naar Nico om te vragen of hij dat paraat heeft. Niet dus. Terug naar de telefoon. “Scusi, ma … tu-tu-tu…” Men heeft opgehangen!

Bij een nieuwe poging begon ik meteen in het Engels. Aan de andere kant van de lijn hoorde ik de paniek toeslaan. Of ze misschien ook Engels spreken?  uh lietl…” was het antwoord.  Prima, dan probeer ik het weer in het Italiaans, en ik draai weer hetzelfde verhaal af. Dit keer lukte het wel en werd ik serieus genomen. Na uitwisseling van de gebruikelijke gegevens waaronder de onvermijdelijke codice fiscale (het spellen lukt steeds beter: Bari-Torino-Simone-Napoli-Lago-Simone..en af te sluiten met Empoli) vertelde men mij dat ik over vijf dagen luce, het Italiaanse synoniem voor elektriciteit, zou hebben. Da’s één. Nu nog gas en water. 

Bij het gas (een ander nummer, ook ENEL) is er het probleem dat de contatore bij het huis is weggehaald. De tubi liggen er, maar er moet wel een nieuwe meter komen. Na wat heen en weer gepraat en na lang wachten met leuke Italiaanse schlagers in het oor, krijg ik een afspraak voor donderdagmiddag. Kunt u dan? Ja, ik zal er zijn. Het aanvragen van een aansluiting aan de acquadotto, de waterleiding, gaat wonder boven wonder vlot. Ze begrijpen me niet alleen meteen, weten waar Montecalvo ligt, zelfs frazione Spagna is hen niet onbekend en ze weten ook nog meteen mee te delen dat er voor het water ook géén contatore aanwezig is. Er moet wel boter bij de vis. Eerst betalen dan pas krijg je water. Komt u morgenochtend maar langs in Stradella. Vóór 10 uur dan regelen we daar het contract en de betaling. Uiteindelijk zou ook de watermeter ook op donderdagochtend aangesloten worden.  Dat wordt weer een leuk dagje uit!


Geen opmerkingen:

Een reactie posten