Ook in Italië moet je wel eens in een openbare
gelegenheid (bar, restaurant, theater, universiteit, kantoor) naar het toilet. Dat kan
voor de beginnende toiletbezoeker nog een heel avontuur zijn, terwijl ook de gevorderde wc-ganger
nog regelmatig op figuurlijke maar ook letterlijke hindernissen stuit.
Om te beginnen moet je het toilet zien te vinden. Als
de segnalazione, de richtingsaanduiding,
te wensen over laat, en dat gebeurt vaak, sta je voor het probleem hoe je personeel
of andere aanwezigen decent om de kortste weg naar de kleine kamer vraagt. “Kunt
u mij vertellen waar het toilet is?”, hoe zeg je dat in het Italiaans zonder
een flater te slaan? Met het begrip WC kom je hier nergens, als je al zou weten
hoe je dit in het Italiaans zou moeten uitspreken (“doppio vi tsji”). Met de (nood)kreet “toilette” heb je al gauw meer succes, al komt het uitstoten van zo’n
enkel woord niet echt beleefd over. In het Italiaans noemt men het toilet “il bagno”, waarmee Nederlanders in Italië
vaak abusievelijk de badkamer proberen aan te duiden. Doordat Italië het land
bij uitstek van de gebarentaal is, volstaat wat handenwringen (“where can I wash my hands, please”)
meestal ook.
Eenmaal bij het toilet aangekomen, sta je meestal voor
een existentiële keus: man of vrouw. Gesteld dat je daarover geen twijfels
(meer) hebt (je kunt desnoods voor de zekerheid in je paspoort kijken), dan nog kan er
een probleem opduiken: er is geen duidelijk plaatje van een mannetje en/of
vrouwtje op de respectievelijke deuren te vinden, alleen tekst: “Signore, Signori”. Meestal slaat de
paniek dan alsnog toe. Wat is “Dames” en wat is “Heren”? Beide lijkt eigenlijk
mannelijk, toch? Nu kun je quasi nonchalant wachten tot jeiemand achter een van
beide deuren ziet verdwijnen of je iemand uit het toilet tevoorschijn ziet komen en op basis
daarvan deduceren wat wat is, maar wat als de nood hoog is en het toiletverkeer “dun”?
Je moet daarom weten (onthouden!) dat het vrouwelijk meervoud van de meeste Italiaanse
zelfstandige naamwoorden op een “e”
eindigt en dat van mannelijke meestal op een “i”. Uitzonderingen komen voor, maar niet op het toilet. Daar gelden
strikte grenzen. Zelfs in Italië.
Gelukkig, de broek kan zakken! Maar ho ho, nee, zo
snel gaat het meestal nog niet. De praktijk wijst uit dat je, eenmaal veilig achter
de toiletdeur, van alles aan kunt treffen. Ten eerste is het nog maar de vraag
hoe veilig het eigenlijk is. Kan de deur van het toilet überhaupt op slot? Vaak
niet met het originele slot, als je geluk hebt hooguit met een knutselslot
(haakje, touwtje), maar even zo vaak helemaal niet. Er is geen sleutel, het
hele hang- en sluitwerk is weg, er is nooit en slot geweest, … Alles komt voor.
Zelfs op fonkelnieuwe toiletten in glanzende kantoorgebouwen kan het je
gebeuren dat je opeens “met je kloten voor het blok” komt te zitten: een
toiletdeur met een Lipsslot … zonder sleutel. Kan de deur niet dicht, maar is
het toilet zo klein dat de toiletpot vlak bij de deur staat, dan is er nog “geen
man overboord”. Al zittend, klem je de deur zelf dicht, met handen en/of
voeten.
Zitten? Maar kan je wel zitten, is de volgende vraag. Hoewel
de meeste toiletten in Italië tegenwoordig wel van het pot-model zijn, komt ook
de bagno alla turca nog veel voor. Dat
klinkt als een leuk muziekstuk, maar is het gevreesde “gat in de grond”, het
hurktoilet. Kan de deur niet op slot en blijkt er zich achter het Turkse
hurktoilet te bevinden, dan ben je verloren. Een reeks van scenario’s is nu
mogelijk, het ene nog beschamender (direct) en hilarischer (achteraf) dan het
andere. Welke precies laat ik graag aan de fantasie van de lezer of aspirant toiletganger
over. Kan de deur wel op slot, dan blijven er nog genoeg hinderpalen over.
Het benutten van het Turkse onding vereist veel
gehannes met broek, onderbroek, over- en onderhemd, gebalanceer om niet zelf in
het gat te verdwijnen (zo lenig zijn we ook niet meer), en moeizame afstemming
tussen het ene (producerende) en het andere (ontvangende). Kramp in de dijen,
kuiten en pezen is het zekere gevolg, natte sokken, broek en of schoenen een
waarschijnlijk resultaat van de moeizame verrichtingen. Of, zoals het beschreven wordt in een
gebruiksaanwijzing op internet:
Hurktoilet
Leuk - maar langzaam
verdwijnend - verschijnsel in mediterrane landen. Het gebruik van het “gabinetto
alla turca” is zeer hygiënisch als men tenminste de kunst van het richten
verstaat. Voor Nederlanders zonder ervaring op dit gebied eindigt het avontuur
nogal eens met natte sokken. Tips: niet proberen de benen haaks te houden maar
helemaal doorzakken; en het hoofd dient naar de deur gekeerd te zijn.
De laatste aanwijzing getuigt van de nodige humor, en
zorgt voor de broodnodige ontspanning in deze benarde situatie. Mocht de deur
onverwacht openvliegen, lach dan de lach der onschuldigen, want uw hoofd is
naar de deur gekeerd. Het kan altijd nog erger (er is een model hurktoilet op
een verhoging, type bordes, dat het ONmogelijk maakt om erboven te hurken
zonder je broek helemaal uit te trekken. Als dan de deur openvliegt ...).
“Gelukkig, er is een WC-pot!” denk je, als het
gevreesde gat niet tevoorschijn komt. Maar wat voor pot? Is er een wc-bril? Il water zoals de toiletpot op zijn “Italiaans”
heet (afgeleid van water-closet) is meestal niet voorzien van een bril (een asse). Als er al een bril te bekennen
is, staat deze meestal beteuterd in een hoekje (voor straf), zit achter slot en
grendel tegen de muur (verboden aan te raken), is stuk (hap eruit), ligt los, of
is te nat en te smerig om te gebruiken. Dat laatste vaak het gevolg van het
feit dat de meeste brillen niet overeind gezet kunnen worden, ze vallen meteen
weer op hun plek, want de stortbak zit in de weg. We moeten wel concluderen dat
de Italiaan de bedoeling van de bril niet begrijpt: hij ziet de toiletpot als
een merkwaardige variant van het hurktoilet, met een verhoging die niet bedoeld
is om op te gaan zitten. "Wie heeft zoiets idioots bedacht?" hoor je hem denken.
Met een beetje geluk zitten we nu en kunnen we in alle
rust onze grote daad verrichten. Wel in het donker, met een beetje "geluk", wanneer het
besparingssysteem voor het licht is ingesteld op 30 seconden, de aan/uitknop zich
buiten handbereik bevindt en de bewegingssensor niet reageert … Is de boodschap eenmaal gedaan dan is het ergste leed
wel geleden. Wc-papier is er vaak niet, maar daarvoor heb je natuurlijk zelf
gezorgd, want je bent door schade en schande wijs geworden (altijd EERST
controleren of er wel papier is). De Italiaan gebruikt geen papier, want hij
gebruikt immers het bidet, dat gekke kleine badje, waarin Nederlanders alleen hun
voeten wassen. Jammer dat er in openbare toiletten vrijwel nooit een bidet is.
De rest laat ik weer graag aan de fantasie over.
Doorspoelen vergt soms nog wat fantasie (drukknoppen
op de stortbak zijn onklaar, maar vervangen door knoppen aan de muur, of een
soort voetpedaal), en het kan zijn dat het automatische schoonmaaksysteem de
bril al onder je in gang zet terwijl je nog bezig met, maar a la, een kniesoor
die zich daar aan stoort.
Handen
wassen, zoals je je lieve moeder altijd keurig hebt beloofd, lukt niet altijd. Zeep
is er zelden, water meestal wel. De kraan kan vaak, heel hygiënisch, met
voetpedalen bediend worden, maar er is dan weer geen papier om je handen af te
drogen. Of misschien wel, want het kan zijn dat je je handen bij de verkeerde
wasbak hebt gewassen. Merkwaardig genoeg hebben Italiaanse openbare toiletten
vaak twee ruimtes met een wastafel en kom je er achter dat de tweede wel voorzien
is van zeep en papier of blower. Ook zie je dan soms opeens dat de tweede deur, van
het halletje waar zich de wastafel bevindt, wel op slot kan …
De
stoelgang is in Italië een eenzaam en angstig avontuur!